Hulpmiddelen voor kleuren

Coderingsdiepte

Hier kunt u van de bewerkte foto per kleurkanaal de codeerdiepte instellen. Codering met 8 bits is de JPEG standaard, voor foto’s met een hoge resolutie is codering met 16 bits meer geschikt, maar deze instelling gebruikt meer opslagruimte en processortijd en is op dit moment alleen beschikbaar voor de bestandsformaten PNG, PGF, TIFF, en JPEG-2000.

Notitie

Wanneer u een afbeelding op nieuw codeert van 8-bits naar 16-bits wordt uniform gedistribueerde ruis geïntroduceerd om te voorkomen dan er gaten in het histogram ontstaan vanwege de uitbreiding van de kleurreeksen.

Belangrijk

HEIF, AVIF, JPX formaten kunnen coderen als 8 bits of 12 bits. WEBP is beperkt to 8 bits. Deze beperkingen kunnen in de toekomst wijzigen.

Kleurbeheer

Dit hulpmiddel biedt u afbeeldingen van de ene kleurruimte naar een andere te converteren. Het nut is het wijzigen en toekennen van kleurprofielen aan een afbeelding. Voor gedetailleerde instructies over het gebruik van kleurprofielen, kijk in de secties Regels in kleurruimte en Instellingen kleurbeheer.

Het veranderen van de kleurruimte van de afbeeldingsbewerker

Autocorrectie

Dit hulpmiddel levert een set van vijf automatische correctieniveaus die in de meeste gevallen een afbeelding verbetert. Gebruik dit hulpmiddel alvorens in de meer omvattende handmatige aanpassingen verder te gaan.

De menu-items Auto-niveaus, Normaliseren, Effenen, Contrast uitrekken en Automatische belichting, die beschikbaar zijn in Kleur ‣ Auto-correctie… zullen proberen om automatisch de beste kleurniveaus in te stellen. U zult waarschijnlijk wat met het effect van deze functies moeten experimenteren om te bepalen welke instellingen voor uw foto het beste zijn.

  • Auto-niveaus: Deze optie maximaliseert de reeks tonen in de rode, groene en blauwe kanalen. Deze zoekt in het beeld de donkere en lichte limieten en past de rode, groene, en blauwe kanalen aan tot een geheel gevulde histogramreeks.

  • Normaliseren: dit schaalt de helderheidswaarden over de geselecteerde afbeelding zodat de donkerste punten zwart worden en de lichte punten zo licht mogelijk zonder dat de tint wordt gewijzigd. Dit is vaak een “magische reparatie” voor afbeeldingen die flets of flauw zijn.

  • Egaliseren: deze methode corrigeert de helderheid van de kleuren van de geselecteerde foto zodanig aan dat het histogram voor het kanaal zo vlak mogelijk is, dat houd in dat alle in de afbeelding voorkomende helderheidswaardes een gelijk aantal pixels heeft. In sommige gevallen geeft Egaliseren geweldige resultaten bij het verbeteren van het contrast van een foto. In andere gevallen maakt het er een puinhoop van. Het is een krachtig stuk gereedschap dat zowel een geweldig resultaat als er een puinhoop van kan maken.

  • Contrast uitrekken: dit verbetert de contrast en helderheid van de RGB-waarden van een afbeelding door de laagste en hoogste waarden op te rekken naar het hoogste bereik, waarbij alles ertussenin wordt bijgesteld. Dit is alleen merkbaar bij fletse foto’s en kan een goed reparatiemiddel zijn voor slechte foto’s.

  • Auto-belichting: deze optie vergroot het contrast en helderheid van de RGB-waarden van een beeld door het optimale expositie- en zwartniveau te berekenen aan de hand van de eigenschappen van het afbeeldingshistogram.

Het resultaat van de aanpassingen die u hebt gemaakt zullen pas worden onthouden als u uw foto hebt opgeslagen.

Het verwerken van automatische kleurcorrectie van de afbeeldingsbewerker

Zwart-wit conversies

Zwart-wit fotografie is altijd fascinerend geweest vanwege de abstractie daarvan. Met de komst van digitale fotografie, is zwart-wit bijna een desktop-activiteit geworden, omdat u kleurenfoto’s op de computer zo makkelijk naar zwart-wit kunt omzetten, waarbij u ze zelfs eigenschappen van een oude film kunt geven. Dit filter is ook in staat om traditioneel infraroodfilmmateriaal te simuleren.

Emulatie van ouderwetse films

digiKam komt met een aantal zwart-wit filters die u voor uw foto’s kunt gebruiken. Via het menu Kleur ‣ Zwart-wit vindt u klassieke chemische zwart-wittonen zoals gebruikt in de analoge fotografie. De knoppen zijn verdeeld over vier afrolitems: Film, Lensfilters, Toon en Lichtsterkte zoals u op de schermafdruk hieronder kunt zien. Film, filters en kleurtonen kunt u onafhankelijk van elkaar gebruiken (boven op elkaar). Het filter beïnvloedt eigenlijk de RGB kanaal-verhoudingen, waarbij de kleurtonen alleen een uniforme monochromatische tint aan de zwart-wit foto toevoegt. Onder het tabblad voor lichtsterkte kunt u een knop vinden om de tonen aan te passen (voor het aanpassen van de curve), een knop voor het contrast en een overbelichtingsindicatie waarmee u kunt proberen de zwart-wit weergave te verbeteren.

De emulatie van zwart-wit films van de afbeeldingsbewerker

Met de specifieke instelling Film emuleert u een aantal beroemde zwart-wit fotografische films zoals:

  • Generiek.

  • Agfa 200X, Pan 25, Pan 100, Pan 400.

  • Ilford Delta 100, Delta 400, Delta 400 Pro 3200, FP4 Plus, HP5 Plus, PanF Plus, XP2 Super.

  • Kodak Tmax 100, Tmax 400, TriX.

Met de instelling Lensfilters simuleert u een kleurenfilter dat voor de lens wordt geplaatst:

  • Geen lensfilter: bootst zwart-wit neutrale filmbelichting na.

  • Groen filter: bootst zwart-wit film met belichting via een groenfilter na. Dit werkt goed bij schilderachtige foto’s, speciaal bij portretten met een blauwe lucht (vergelijkbaar met het 004 Cokin(tm) Groenfilter).

  • Oranje filter: bootst zwart-wit film met belichting via een oranje filter na. Dit werkt goed bij landschappen, zeegezichten en luchtfotografie (vergelijkbaar met het 002 Cokin(tm) Orange filter).

  • Rood filter: bootst zwart-wit film met belichting via een rood filter na. Dit geeft dramatische luchten en bootst maanlicht scenes na bij daglicht (vergelijkbaar met het 003 Cokin(tm) Red filter).

  • Geel filter: bootst zwart-wit film met belichting via een geel filter na. Dit is de meest natuurlijke tonale correctie en verhoogt het contrast. Ideaal voor landschappen (vergelijkbaar met het 001 Cokin(tm) Yellow filter).

Met de instelling Toon kan een kleurtint toegepast worden op de afbeelding:

  • Sepiafilter: geeft warmte in witte delen en tussentonen terwijl het een beetje koelte in de schaduw geeft - vergelijkbaar met het proces van het bleken van een afdruk en opnieuw ontwikkelen in een sepia kleurstof (normaal voor de foto’s van uw grootmoeder). Vergelijkbaar met het 005 Cokin(tm) Sepia filter.

  • Bruinfilter: dit filter is neutraler dan het sepia toonfilter, maar minder uitgesproken.

  • Koudefilter: start een subtiele afdruk op koudetoon zwart-wit papier zoals bromide-vergrotingspapier.

  • Seleniumfilter: effect die een traditionele seleniumtoonafdruk geeft die chemisch werd aangebracht in de donkere kamer.

  • Platinafilter: effect die een traditionele platinatoonafdruk geeft die chemisch werd aangebracht in de donkere kamer.

Infraroodfilm simuleren

Het nabootsen van traditionele infrarood film materiaal (de weergave van het effect is in zwart en wit) geeft een interessant vervreemdend-effect die zelfs sterker en meer dramatisch is dan puur zwart-wit conversie. Het contrast en een abstracte indruk zijn beter, wat de expressie van de fotograaf als artiest kan onderschrijven. Het lijkt op het nemen van een foto in zwart-wit met op de cameralens een roodfilter. Vlakken die een beetje rood licht reflecteren, bijv. de lucht, zijn donkere vlakken. En vlakken die veel rood licht reflecteren, bijv. veel groene gebladerte, zullen lichte vlakken zijn. En sneeuwlandschappen zijn echt dramatisch.

De emulatie van infraroodfilms van de afbeeldingsbewerker

Dit filter probeert de beroemde Ilford(tm) SFX infraroodfilm te simuleren. Deze film heeft een gevoeligheidsbereik van 200-800 ISO:

  • Ilford SPX 200, SPX 400, SPX 800.

  • Kodak: HIE.

Notitie

Omdat het filter kleuren mengt om de infraroodfilm na te bootsen (met name het groene kanaal), kan men niet het infrarood effect nabootsen van een zwart-witfilm, omdat dan de kleurinformatie niet aanwezig is.

Kleuren inverteren

In het geval van het digitaliseren van analoge film met een scanner, kan kleur geïnverteerd verschijnen vergeleken met de werkelijkheid. Dit hulpmiddel biedt het omkeren van de kleuren in hun respectievelijke complementaire kleuren.

Kleur naar een complementaire kleur inverteren (of tegenovergestelde kleur van de kleur op het kleurenwiel), bestaat waarbij cyaan de tegenovergestelde kleur is van rood, geel als tegenovergestelde kleur van blauw en magenta als de tegenovergestelde kleur van groen. Met de optie Kleur ‣ Inverteren kunnen we alle pixelkleuren en helderheidswaarden in de afbeelding inverteren, alsof de afbeelding werd geconverteerd in een negatief. Donkere gebieden worden helder en heldere gebieden worden donker. Tinten worden vervangen door hun complementaire kleuren.

Negatieffilm simuleren

Terwijl digiKam eerst en belangrijkst een toepassing is voor verwerken en organiseren van digitale foto’s, heeft het ook functiehulpmiddelen voor werken met filmnegatieven.

Voordat u negatieven in digiKam kan verwerken moet u ze digitaliseren. Als u geen toegang hebt tot een filmscanner of een lab die de service scannen van film biedt, kunt u film digitaliseren met een DSLR camera (er zijn op het web genoeg handleidingen over hoe dat te doen, zoals deze). De rest van het proces neemt aan dat u de laatste manier gebruikt om filmnegatieven te digitaliseren.

Open een RAW-bestand met een filmnegatief in de bewerker. Snij het originele bestand bij en pas, indien nodig, lenscorrectie toe. Kies daarna Kleur ‣ Inverteren om het negatief in een positive afbeelding te converteren. In geval u werkt met het kleurennegatief, zal de geconverteerd afbeelding hoogst waarschijnlijk enige additionele aanpassing vragen. Ten eerste, de geconverteerde afbeelding heeft waarschijnlijk een te sterke blauwe tint. De gemakkelijkste manier om dat te verwijderen is het hulpmiddel Automatische correctie te gebruiken. Kies Kleur ‣ Automatische correctie en selecteer een van de voorinstellingen. In veel gevallen doet de voorinstelling Automatische niveaus of Normaliseren een goede taak in het corrigeren van de kleuren. Als de kleuren nog steeds enigszins verkeerd zijn, kunt u ze verder aanpassen met het hulpmiddel Kleur ‣ Kleurbalans.

Het simuleren van negatieffilm van de afbeeldingsbewerker

De functie Inverteren in combinatie met een voorinstelling Automatische correctie biedt een quick-and-dirty manier van converteren van negatieven, maar digiKam heeft nog een hulpmiddel speciaal ontworpen voor het verwerken van kleurnegatieven. Voor toegang kies het menu-item Kleur ‣ Kleurennegatief. Het interface kleur Negatief film bevat verschillende handige functies die u kunnen helpen om het negatief te converteren en de resulterende afbeelding aan te passen. Terwijl het hulpmiddel Inverteren een generiek profiel gebruikt voor het converteren van negatieven, biedt het interface Kleurnegatieffilm profielen voor vele populaire typen film. De eerste stap is het selecteren van het toepasselijke profiel. Voor betere resultaten, probeer ook de optie Kleurbalans in te schakelen. Als de gebruikte film niet in de lijst staat kunt u het profiel Neutraal als terugval gebruiken.

Hoewel het overeenkomende filmprofiel een beter resultaat kan opleveren, kan de geconverteerde afbeelding nog steeds enig werk vereisen. In de meeste gevallen moet u misschien het witpunt aanpassen om de overblijvende blauwtint te verwijderen. U kunt dit doen door ofwel handmatig of automatisch de toepasselijke hulpmiddelen te gebruiken. Gewoonlijk doet de automatische witpunt aanpassing de job, maar de resulterende afbeelding heeft nog wat verheldering nodig door de Belichting en de Gamma schuifregelaars aan te passen.

Kleurbalans

De licht-condities zijn voor digitale cameras vaak problematisch en het is daarom niet ongewoon om het kleurcontrast en de helderheid van een foto te corrigeren. U kunt experimenteren door de niveaus van de diverse aspecten van uw foto te wijzigingen met behulp van de hulpmiddelen in het menu Kleur. U kunt de gemaakte aanpassingen onmiddellijk bestuderen in de voorbeeldweergave. Als u tevreden bent met de resultaten dan kunt u op Ok drukken zodat de aanpassingen onmiddellijk van toepassing zijn.

Het hulpmiddel voor kleurbalans van de afbeeldingsbewerker

Als uw foto flets is (wat gemakkelijk kan gebeuren als u foto’s maakt met helder omgevingslicht) dan kunt u het hulpmiddel voor Tint/verzadiging/lichtheid proberen, waarin u vier schuifknoppen vindt waarmee u de Tint, de Verzadiging, de Levendigheid en de Lichtheid kunt bewerken. De foto zal er misschien beter van worden als u het meer verzadiging geeft. In sommige gevallen kan het verstandig zijn om tegelijk de lichtheid aan te passen. (“Lichtheid” hier is vergelijkbaar met “Helderheid” in het hulpmiddel voor Helderheid/Contrast/Gamma, behalve dat er verschillende combinaties van rood, groen en blauw zijn gebruikt).

Wanneer u foto’s maakt in slechte licht-omstandigheden dan kan u het tegenovergestelde probleem krijgen: teveel verzadiging. In dat geval komt het hulpmiddel voor Tint/Verzadiging/Lichtheid weer van pas, in dit geval om de verzadiging niet te vergroten maar te verminderen. U kunt de gemaakte aanpassingen onmiddellijk bestuderen in de voorbeeldweergave. Als u tevreden bent met de resultaten dan kunt u op Ok drukken zodat de aanpassingen onmiddellijk van toepassing zijn.

Curves aanpassen

Het Curves aanpassen van digiKam is een hulpmiddel voor het niet lineair aanpassen van de lichtsterkte en de kleurkanalen.

Het hulpmiddel Curves aanpassen is het meest geavanceerde hulpmiddel dat beschikbaar is voor het aanpassen van de tonen in een afbeelding. Start het via het menu van de afbeeldingsbewerker Kleur ‣ Curves aanpassen…. U heeft via klikken en het verslepen van controlepunten op de curve de volledige vrijheid om een curve te maken die de invoer helderheidsniveaus omzet naar uitvoer helderheidsniveaus. Het hulpmiddel Curves aanpassen kan elk effect dat u met hulpmiddel ‘Helderheid/Contrast/Gamma’ bereikt of ‘Niveaus aanpassen’, nabootsen, maar het heeft meer mogelijkheden dan de twee boven genoemden. Het kan u daarnaast ook helpen bij het in kleine stapjes verbeteren van de grijstonen van uw afbeeldingen. En vergeet niet hoe beter de kwaliteit van de afbeeldingen is (goed belicht, verliesvrij formaat, 24 of 32 bits diep) des te meer kunt u ze verbeteren. Ga voor meer informatie naar de sectie “Achieving ultimate tonal quality” van deze informatieve pagina: Tonal quality and dynamic range in digital cameras by Norman Koren <http://www.normankoren.com/digital_tonality.html>. U kunt hetzelfde bereiken door gebruik te maken van Curves aanpassen!

Dit hulpmiddel laat de curves visueel zien zodat u de intensiteitswaarden van de actieve laag kunt wijzigen, die als een niet lineair histogram te zien zijn. In de Modus gladde curve kunt u de vorm van de curve wijzigen door meer punten aan de curve toe te voegen of door de eindpunten te verplaatsen. Een andere manier is het handmatig tekenen van de hele curve in de modus Modus Vrije curve. In beide gevallen is het effect onmiddellijk zichtbaar in de voorbeeldweergave links, de voorbeeldweergave kunt u instellen door op de pictogrammen linksboven te klikken.

Hulpmiddelen voor curves aanpassen van de afbeeldingsbewerker van digiKam

Links zijn de helften van het origineel en van de voorbeeldweergave te zien. De voorbeeldweergave van het resultaat wordt dynamisch bijgewerkt wanneer de schuifknoppen een andere stand krijgen. Rechts kunt u kiezen uit de volgende keuzemogelijkheden:

  • Wijzig Kanaal: met dit keuzevakje kunt u het kanaal selecteren dat u gaat wijzigen met het hulpmiddel:

    • Lichtsterkte: wijzigt de intensiteit van alle pixels.

    • Rood: wijzigt de rood verzadiging van alle pixels.

    • Groen: wijzigt de groen verzadiging van alle pixels.

    • Blauw: wijzigt de blauw verzadiging van alle pixels.

    • Alfa: wijzigt de transparantie van alle pixels.

  • Naast dit vak ziet u twee pictogrammen voor de keuze tussen een Lineair of een Logaritmisch histogram. Voor foto’s gemaakt met een digitale camera is meestal de lineaire modus het handigst, maar bij afbeeldingen met daarop grote vlakken met een constante kleur, zal een lineair histogram gedomineerd worden door een enkele piek. In zulke gevallen zal een logaritmisch histogram handiger zijn.

  • Hoofdgebied voor bewerking van curve: de horizontale balk (x-as) stelt de invoerwaarde voor (de waarde kan variëren van 0 tot 255). De verticale balk (y-as) is alleen een schaal voor de uitvoerkleuren van het geselecteerde kanaal. De regelcurve loopt in het histogram (met een ruitjespatroon) diagonaal. De x/y-locaties van de cursor zijn permanent zichtbaar boven op het ruitjespatroon. Als u op de curve klikt dan voegt u een controlepunt toe. U kunt deze verplaatsen zodat u daarmee bochten in de curve aanbrengt. U voegt ook een controlepunt toe als u naast de curve klikt en de curve neemt deze automatisch op. Elk punt van de curve stelt daarom een ‘x’ voor vertaald naar een ‘y’ uitvoer.

  • Type curve voor kanaal: onder het bewerkingsgebied zijn verschillende pictogrammen die bepalen of de curve bewerkt kan worden met een modus Curve gladstrijken of een modus Vrije curve. Modus gladstrijken beperkt het type curve tot een gladde lijn met spanning en levert een realistische weergave. Modus vrij laat u uw curve met de vrije hand met de muis tekenen. Met curvesegmenten verspreid over het gehele raster, het resultaat zal verrassend zijn maar moeilijk te herhalen. Een knop reset-naar-standaard is ook beschikbaar. Als u, bijvoorbeeld, een curvesegment naar rechts verplaatst, d.w.z. naar accentueringen, dan kunt u zien dat deze accentueringen overeenkomen met donkerder uitvoertonen en dat pixels van de afbeelding overeenkomen met dit curvesegment donkerder worden. Met kleurkanalen, naar rechts verplaatsen zal verzadiging verlagen tot het bereiken van de complementaire kleur. Om alle besturingspunten te verwijderen (los van beide eindpunten), klik op de knop Reset. Om slechts één punt te verwijderen, verplaats deze op een ander punt. Speel met de curves en bekijk het resultaat. U kunt de afbeelding zonnig maken op een gedeelte van zijn tonale reeks. Dit gebeurt wanneer de curve in een gedeelte is geïnverteerd. Het originele voorbeeld van de foto heeft er een rode markering op. Als u deze markering naar een zone verplaatst die u wilt wijzigen, zal een overeenkomstige lijn getekend worden op het curvesraster die de originele waarde aangeeft. Maak een punt op die lijn en verplaats deze omhoog of omlaag om het aan te passen zoals u wilt.

  • De knoppen Opslaan als… en Laden… zijn precies voor dat doel in gebruik. Alle ingestelde curves kunt u opslaan in een bestand en later weer laden. Het gebruikte bestandsformaat is het The Gimp Curves-formaat.

  • Reset: deze knop hersteld alle curves voor alle kanalen.

Het dialoogvenster van curves heeft verschillende onderdelen die kunnen helpen bij het positioneren van de punten op de controle-curven. Door met de muis te klikken in de voorbeeldweergave van het origineel krijgt u een verticale balk in het curvevlak te zien. De locatie van de balk komt overeen met waarde van het pixel waarboven de muis zweeft in het hoofdvenster. Door verslepen met de muis kunt u de positie van deze verticale balk bijwerken. Op deze manier is het mogelijk om te zien welke locatie de verschillende pixels in de afbeelding op de control-curve hebben en het helpt om de locaties van schaduwen, middentonen en lichte plekken te vinden.

Via deze methode en de drie knoppen Kleurentoonkiezer creëert u automatisch controlepunten op de curve voor schaduw, middentonen en lichte tinten in alle kanalen. Selecteer de kleurenkiezer die u wilt gebruiken en klik op de voorbeeldafbeelding van het origineel om controlepunten voor elk van de rode, groene, blauwe en lichtsterkte besturingscurves aan te maken.

Niveau aanpassen

Het Niveau Aanpassen van digiKam is een hulpmiddel waarmee u handmatig het histogram van een foto kunt aanpassen.

Geplaatst tussen de meer geraffineerde Curves aanpassen en het eenvoudiger hulpmiddel voor de afbeeldingsbewerker Helderheid/Contrast/Gamma is dit hulpmiddel Niveau aanpassen voor het verbeteren van belichting. Op het eerste gezicht ziet deze dialoog er ingewikkeld uit maar voor dagelijks gebruik is het gebied Invoerniveaus het enige onderdeel dat van belang is, met name de drie schuifknoppen die bij het histogram horen.

Dit widget toont een grafiek met de intensiteitswaarden van de gekozen laag of selectie (histogram). Onder de grafiek zijn vijf schuifknoppen die u kunt selecteren en daarna verslepen zodat de intensiteit van de foto wijzigt. De linker schuifknoppen zijn voor de donkere plekken en de rechter schuifknoppen zijn voor de lichtere plekken.

Het hulpmiddel voor niveau aanpassen van de afbeeldingsbewerker

Eigenlijk is de gemakkelijkste manier om te leren hoe u ze moet gebruiken, is te experimenteren door de stand van de drie schuifknoppen te veranderen en te bekijken hoe de foto erdoor veranderd.

Aan de rechterkant zijn voorbeeldweergaven van het origineel en van het resultaat beschikbaar. De voorbeeldweergave van het resultaat wordt dynamisch bijgewerkt wanneer de schuifknoppen een andere stand krijgen. Aan de linkerkant heeft u de volgende keuzemogelijkheden:

  • Niveaus van Kanaal wijzigen: met dit keuzevakje kunt u het kanaal selecteren dat u gaat wijzigen met het hulpmiddel:

    • Lichtsterkte: deze optie wijzigt de intensiteit van alle pixels in de afbeelding.

    • Rood: deze optie wijzigt de rode verzadiging van alle pixels in de afbeelding.

    • Groen: deze optie wijzigt de groene verzadiging van alle pixels in de afbeelding.

    • Blauw: deze optie wijzigt de blauwe verzadiging van alle pixels in de afbeelding.

    • Alfa: deze optie wijzigt de transparantie van alle pixels in de afbeelding.

  • Schaal instellen voor kanaal: via deze keuzemogelijkheid kunt u instellen of u het histogram ziet met een lineaire of een logaritmische schaal. Voor met een digitale camera gemaakte foto’s is meestal de lineaire modus het handigst, maar bij afbeeldingen met daarop grote vlakken met een constante kleur, zal een lineair histogram gedomineerd worden door een enkele piek. In zulke gevallen zal een logaritmisch histogram handiger zijn.

  • Invoerniveaus: met de invoerniveaus kunt u handmatig wijzigingen invoeren voor elk van de bereiken. Het hoofdvak is een grafische representatie van de afbeelding met donkere, grijze en lichte inhoud. Zij zijn op de X-as van het niveau 0 (zwart) tot niveau 255 (wit). De pixelaantallen voor een niveau zijn op de Y-as te vinden. Het oppervlak van de curve stelt alle pixels in de foto van de geselecteerde kleur (histogram) voor. Een goed gebalanceerde foto is een foto met niveaus (kleurtonen) over het hele bereik verspreidt. Een foto met bijvoorbeeld voornamelijk blauwe kleuren, zal een histogram geven dat naar links in het groen en rood is verschoven, wat tot uitdrukking komt in het feit dat groen en rood niet voorkomen in de lichtere plekken. U kunt het bereik op drie manieren wijzigen:

    • Drie schuifknoppen: de bovenste is voor de Donkere tonen, de tweede is voor de Lichte tonen en tenslotte de laatste onderaan voor de Middentonen (vaak Gamma-waarde genoemd).

    • Drie invoervakken om de waarde direct in te voeren.

    • Drie knoppen voor Kleurselectie uit de originele foto om automatisch de invoer niveaus voor schaduwen, middentonen en lichte plekken in te stellen. Ook is er een volledig automatische knop aanwezig naast de herstel-knop.

  • Uitvoerniveaus: met de uitvoerniveaus kunt u handmatig wijzigingen invoeren voor elk van de bereiken. Hier vindt u ook twee schuifknoppen die u net zo kunt gebruiken als bij de Invoerniveaus. Deze uitvoerniveau-vermindering kunt u bijvoorbeeld gebruiken om een uitgebleekte foto te creëren die u wilt gebruiken als achtergrond voor een ander onderwerp dat u in de voorgrond plaatst.

  • Automatisch: deze knop stelt de niveaus automatisch in, gebaseerd op de pixel-intensiteit van de afbeelding.

  • De knoppen Opslaan als.. en Laden… zijn precies voor dat doel in gebruik. Alle ingestelde niveaus kunt u opslaan in een bestand en later weer laden. Het gebruikte bestandsformaat is compatibel met het The Gimp Levels-formaat.

  • Alles resetten: deze knop hersteld voor alle kanalen alle invoerniveaus en uitvoerniveaus.

Het hulpmiddel Niveau aanpassen heeft verschillende onderdelen voor het instellen van de controleschuifknoppen voor de invoerniveaus. Door met de muis te klikken in de voorbeeldweergave van het origineel krijgt u een verticale balk in het histogram te zien. De locatie van de balk komt overeen met waarde van het pixel waarboven de muis zweeft in het hoofdvenster. Door het verslepen met de muis kunt u de positie van deze verticale balk bijwerken. Op deze manier is het mogelijk om te zien welke locatie de verschillende pixels in de foto op de controleschuifknoppen hebben en het helpt om de locaties van schaduwen, middentonen en lichte plekken te vinden.

Via deze methode en de drie knoppen Kleurenkiezer wijzigt u automatisch de instellingen van de controleschuifknoppen voor de invoerniveaus van de schaduw, middentonen en lichte plekken in alle kanalen. Selecteer de kleurenkiezer die u wilt gebruiken en klik op de voorbeeldafbeelding van het origineel om de instellingen van de controleschuifknoppen voor de invoerniveaus van elk van het rode, groene, blauwe en lichtsterkte histogramkanaal te wijzigen.

De optie Belichtingsindicatie controleert voor alle kleurkanalen of een pixel overbelicht is, als dat het geval is dan ziet u het gecombineerde resultaat van alle kleurinstellingen. Dit onderdeel geeft alleen een indicatie in de voorbeeldweergave en heeft geen effect in het uiteindelijke resultaat.

Belichting aanpassen

Het eenvoudigste hulpmiddel om te gebruiken is Helderheid/Contrast/Gamma. Het is ook het minst krachtig, maar in veel gevallen doet het precies wat u nodig hebt. Dit hulpmiddel is vaak bruikbaar voor afbeeldingen die over- of onderbelicht zijn: het is niet geschikt voor het aanpassen van kleuren. Het hulpmiddel bevat drie schuifregelaars om de Helderheid, Contrast en Gamma bij te stellen. U ziet de aanpassingen die u hebt aangebracht meteen terug in het voorbeeld. Als u tevreden bent met het resultaat, dan klikt u op OK om het toe te passen.

Het hulpmiddel belichtingscorrectie van de afbeeldingsbewerker

Notitie

Een ander belangrijk hulpmiddel genaamd Niveaus aanpassen biedt ook een geïntegreerde manier voor het bekijken van de resultaten van het aanpassen van de verschillende niveaus waarbij u deze instellingen kunt opslaan zodat u ze bij meerdere foto’s kunt toepassen. Dit kan handig zijn als uw camera of scanner vaker dezelfde fout maakt en u daarom dezelfde correcties wilt toepassen. Zie het toegewijde Handmatig niveaus aanpassen voor meer informatie. Zie ook een manier voor corrigeren van belichtingsproblemen met het hulpmiddel Curves aanpassen.

Kleuren corrigeren

Dit hulpmiddel wordt gebruikt om tint-, verzadiging- en helderheidsniveaus aan te passen op een reeks van kleurgewichten voor de huidige afbeelding. U krijgt toegang tot het hulpmiddel door het menu-item Kleur ‣ Tint/Verzadiging/Helderheid

De instellingen van het hulpmiddel staan hieronder:

  • Een kleurenkaart tint / verzadiging om visueel de respectievelijke primaire kleur te kiezen om aan te passen. Beweeg en klik met de muis om waarden voor Tint en Verzadiging in schuifregelaars onder de kaart in te stellen.

  • Tint: de schuifregelaar biedt u het selecteren van een tint in de kleurencirkel (-180, 180).

  • Verzadiging: de schuifregelaar biedt u het selecteren van een verzadiging (-100, 100).

  • Levendigheid: de schuifregelaar biedt u het aanpassen van de levendigheid van de afbeelding. Levendigheid voert een selectieve verzadiging uit op minder verzadigde kleuren met vermijden van huidtonen.

  • Helderheid: de schuifregelaar biedt u het selecteren van een helderheidswaarde (-100, 100). Wijzigingen in helderheid gaan over een kleurbereik, terwijl ze betrekking hebben op kleurtoon met hulpmiddelen Curve aanpassen en Niveaus aanpassen, die werken op kleurkanalen. Als u helderheid van rood met dit hulpmiddel wijzigt, zullen alle rode pixels worden gewijzigd. Met hulpmiddelen Curves aanpassen en Niveaus aanpassen, zullen alleen de helderheid van pixels donkerder, helderder of medium worden veranderd.

U kunt de gemaakte aanpassingen onmiddellijk bestuderen in de voorbeeldweergave. Als u tevreden bent met de resultaten dan kunt u op OK drukken zodat de aanpassingen onmiddellijk van toepassing zijn.

Het hulpmiddel kleurcorrectie van de afbeeldingsbewerker

Kanaalmixer

De Kanaalmixer van een afbeelding in digiKam is een hulpmiddel voor het mixen van kleurkanalen om de kleurschakeringen van een afbeelding te verbeteren of te wijzigen.

De Kanaalmixer is een ander geavanceerd hulpmiddel voor het verfijnen van kleurtonen van afbeeldingen. U kunt het starten via het menu-item in de afbeeldingsbewerker Kleur ‣ Kanaalmixer.

Hulpmiddel voor kanalen mengen van de afbeeldingsbewerker

Met de keuzelijst kunt u een histogram per kanaal voor vertoning selecteren. Dit geeft een eerste indruk van hoe u de kanalen kunt corrigeren via hun relatieve verdeling en amplitude. De linker helft van het dialoogvenster geeft altijd een indruk van het resultaat. U kunt voor vergelijking het origineel bekijken door het via zijn eigen tabblad te selecteren.

De voorbeeldweergave van de originele afbeelding heeft een rode markering. Als u deze markering ergens op de afbeelding plaatst zal er een bijbehorende balk in het histogram worden weergegeven, die de kleurintensiteit voor het betreffende kleurkanaal weergeeft.

U kunt de bediening rechtsonder vinden: met de schuifregelaars Rood, Groen en Blauw is het mogelijk om de kleuren te mengen. Als u Lichtsterkte behouden inschakelt dan zal de foto zijn lichtsterkte behouden ondanks dat u de kleurverhouding heeft gewijzigd. Dit is met name handig als u ook Monochroom heeft ingeschakeld. Dit is omdat de kanaalmixer het hulpmiddel is om uw foto’s naar zwart-wit om te zetten. Probeer voor zwart-wit portretten het groen te reduceren.

Notitie

Soms kan het gebeuren, met name als u bezig bent met Monochroom mixen en een kleur reduceert, dat ruis zichtbaar wordt, waarvan de oorsprong chroma-ruis is. Chroma-ruis houdt in dat de kleine ruis-stippels niet in alle kleurkanalen op dezelfde locatie verschijnen, maar dat de ruispatronen in elk kanaal verschillend zijn. In dat geval kunt u de monochroom omzetting verbeteren door eerst de monochroom ruis te verbeteren.

De knoppen Opslaan als… en Laden… zijn precies voor dat doel in gebruik. Alle mixer-instellingen kunt u opslaan in een bestand en later weer laden. Het gebruikte bestandsformaat is het The Gimp channel mixer-formaat.

De optie Overbelichtingsindicatie telt alle kleuren op als meer dan één kanaal in een pixel overbelicht is en dan ziet u het gecombineerde resultaat van alle kleuren van versterking van de kanaalinstellingen. Deze regel wordt toegepast op het gebied met het doelvoorbeeld en heeft geen effect op de uiteindelijke weergave.

De knop Alles resetten: hersteld alle kanaalmixer-instellingen naar standaardwaarden.

Witbalans

De Witbalans van digiKam is een halfautomatisch hulpmiddel om de witbalans van een foto aan te passen.

Het gaat vaak mis met de witbalans instelling bij digitale fotocamera’s. In de “goede oude tijd” van het filmrolletje werd de witbalans verzorgt door het fotolaboratorium. In de huidige tijd moet de arme kleine camera raden wat op de foto wit is en wat zwart is. Wat de camera meestal uitkiest als een witpunt heeft niet de juiste schaduw of verzadiging. Met behulp van dit hulpmiddel kunt u dat gemakkelijk corrigeren. Het heeft een aantal parameters die u kunt aanpassen zodat u een beter resultaat krijgt.

Het hulpmiddel voor witbalans van de afbeeldingsbewerker

Notitie

Zelfs als de witbalanscorrectie niet beperkt is tot 8 bit per kanaal, als u teveel afwijkt van het origineel, kunnen gebieden met overbelichting verschijnen. Als de witbalans in modus RAW-conversie kunt aanpassen zal de marge voor correctie groter zijn omdat het de correctie verwerkt tijden mozaïek verwijderen.

U kunt de afmetingen van het voorbeeldvenster instellen. Aan de linkerkant is het origineel en het resultaatvoorbeeld te zien. Het resultaatvoorbeeld wordt onmiddellijk overeenkomstig de nieuwe instellingen bijgewerkt. Klik op de knop Standaard als u het weer met de originele witbalans wilt zien.

Bij het resultaatvoorbeeld is een rode markeerstift beschikbaar. De lichtsterkte van het pixel onder de markeerstift is te zien als een verticale lijn in het histogram.

Rechtsboven ziet u in een widget een histogram dat dynamisch wordt bijgewerkt wanneer de parameters wijzigen. Dit histogram is zeer informatief omdat het toont dat zelfs in goed belichte foto’s de meeste pixels zeer weinig lichtsterkte hebben. Met een knop kunt u een van de 3 kleuren selecteren (of het totaal ervan dat de naam lichtsterkte draagt).

Met Belichting kunt u digitaal de originele belichting van de foto aanpassen. De belichting verhogen geeft wel het risico dat ruis meer zichtbaar wordt en de lichtere plekken flets worden. Om te zien of u een probleem met de verzadiging heeft kunt u de Overbelichtingsindicatie rechtsonder bekijken. Met de knop Zwartpunt verschuift u het histogram naar links. Als uw foto er mistig uitziet (het histogram heeft lege ruimte aan de linker, zwarte zijde) dan moet u waarschijnlijk deze mogelijkheid gebruiken. De instellingen voor Belichting en Zwartpunt kunnen automatisch worden berekent door op de knop Automatische belichting aanpassen te drukken. Dit stelt het zwartpunt vrij nauwkeurig in.

Het contrast van uw uitvoer is afhankelijk van Schaduwen, Verzadiging en Gamma. Met de knop Schaduwen kunt u de details in de schaduwen op uw foto meer of minder zichtbaar maken.

Het vergroten van het contrast van uw foto kan als neveneffect hebben dat de schijnbare Verzadiging van de foto vermindert. Het gebruik van een waarde groter dan 1 vergroot de verzadiging en een waarde kleiner dan 1 vermindert de verzadiging van de foto. Een waarde 0 geeft een zwart-wit foto. Wees niet te verlegen om de verzadiging van uw foto’s een beetje te vergroten. In het algemeen is voor een groter contrast (minder Gamma) meer Verzadiging nodig.

De volgende set schuifknoppen zijn de belangrijkste onderdelen voor de instellingen van de witbalans, die de verhoudingen controleren tussen de hoofdkleuren. Hier kunt u de Temperatuur van de kleur instellen, wat uw foto warmer of kouder maakt. Hogere temperaturen geven een warmere tint. Om de verhouding tussen de drie hoofdkleuren in te stellen zijn er twee instellingen nodig. Omdat de temperatuur-instelling voornamelijk de verhouding tussen de hoofdkleuren rood en blauw regelen, zal daarom de tweede instelling de intensiteit van de hoofdkleur Groen regelen.

In plaats van moeizaam met bovengenoemde schuifknoppen te rommelen, kunt u ook eenvoudig de knop Temperatuurtint-kleurenkiezer gebruiken. Druk op deze knop en klik ergens op de originele voorbeeldafbeelding om een sample van de kleur op die plek te nemen en vervolgens de temperatuur van de witbalans te berekenen. De waarden van Temperatuur en Groen worden op deze manier automatisch berekend.

Daarnaast kunt u ook de witbalans instellen via een keuzelijst. Dit zijn de beschikbare witbalans temperaturen:

Kleurtemperatuur

Beschrijving

Kelvin

40W

40 Watt gloeilamp.

2680

200W

200 Watt gloeilamp, studio lampen, flood-licht.

3000

Zonsopgang

Zonsopgang- of zonsonderganglicht.

3200

Wolfraam

Gloeilamp of licht een uur na ochtend- of voor avondschemering.

3400

Neutraal

Neutrale kleurtemperatuur

4750

Xenon

Xenonlamp of lichtboog.

5000

Zonnig

Zonnig daglicht rond het middaguur.

5500

Flits

Elektronische flits

5600

Hemel

Licht van bewolkte lucht.

6500

Kleurtemperatuur is een vereenvoudigde voorstelling van de spectrale eigenschappen van een lichtbron. Terwijl in werkelijkheid de kleur van het licht wordt bepaald door hoeveel elk punt op de spectrale grafiek aan het totaal toevoegt, kan het resultaat toch op een lineaire schaal worden opgeteld. Deze waarde is bruikbaar bijv. voor het vaststellen van de correcte witbalans in digitale fotografie en voor specificatie van de lichtbronnen in een architecturaal lichtplan. Merk wel op dat lichtbronnen met ogenschijnlijk dezelfde kleur (metameren) een groot verschil kunnen hebben in de kwaliteit van het uitgezonden licht.

Een lage Kleurtemperatuur houdt meer geelrood licht in terwijl een hoge kleurtemperatuur meer blauw licht inhoud. Vlak na zonsopgang heeft daglicht een nogal lage kleurtemperatuur, en een hogere tijdens de rest van de dag. Het kan daarom zinvol zijn om een elektrisch verlichtingssysteem aan te leggen dat desgewenst koeler licht kan toevoegen aan het daglicht, en warmer licht kan toevoegen aan de nacht. Dit komt overeen met de gevoeligheid van het menselijke oog voor de warme kleuren die van kaarsen en open haarden in het donker komen. De standaard eenheid voor kleurtemperatuur is Kelvin (K).

De Overbelichtingsindicatie controleert voor alle kleurkanalen of een pixel is overbelicht, als dat het geval is dan ziet u het gecombineerde resultaat van de witbalans-instelling. Dit onderdeel geeft alleen een indicatie in de voorbeeldweergave en heeft geen effect in het uiteindelijke resultaat.

De knoppen Opslaan als… en Laden… zijn precies voor dat doel in gebruik. Elke door u gemaakte witbalans-instelling kunt u in het bestandssysteem als een tekstbestand opslaan, om die later weer te laden.

De knop Alles resetten zet alle filters terug naar de standaardwaarden van de neutrale witbalans kleur. Let op, de neutrale instelling kan zelfs verschillen van uw originele foto, bij het opslaan kan de witbalans gewijzigd zijn.