De werkruimte

Werkmethode kleur

We hebben digiKam dus vertelt waar mijn monitorprofiel te vinden is en we hebben een cameraprofiel, dat we toepassen op het afbeeldingsbestand, geleverd door mijn RAW-verwerkingssoftware. Wat is de volgende stap in kleurbeheer?

U moet een kleurruimte kiezen zodat u uw beeld kunt bewerken. Lcms zal uw afbeelding transformeren van de camerakleurruimte naar de door u gekozen werkkleurruimte via de Profile Connection Space, gespecificeerd door het kleurprofiel van uw camera. Waarom kunnen de afbeeldingen niet gewoon in de kleurruimte bewerkt worden zoals beschreven door het cameraprofiel?

Uiteindelijk zal het cameraprofiel toch wel het beste passen bij de kleuren die door mijn camera werden geregistreerd en door mijn RAW-verwerkende-procedure verwerkt? Werkruimten zoals sRGB of Adobe RGB, zijn kleurruimten die goede resultaten bieden tijdens het bewerken. Bijvoorbeeld, pixels met gelijke waarden van RGB moeten er neutraal uit zien. Betekent gewoon dat een bepaald pixel in een afbeelding die is omgebouwd naar een geschikte werkruimte, als R=G=B er op het beeldscherm grijs of zwart of wit uit moet zien. Veel cameraprofielen voldoen niet aan deze voorwaarde voor neutraal.

De afbeeldingsbewerker van digiKam heeft een menu om een afbeelding snel te wisselen van een kleurruimte naar een andere

Er is echter een andere goede reden waarom u uw afbeelding niet zou bewerken in uw cameraprofiel. Als u namelijk kijkt naar de omvang van een typisch cameraprofiel dan is dat in de orde van grootte van een kwart tot een half megabyte of meer. Het bevat heel wat informatie over de wijzigingen die moeten worden uitgevoerd op verschillende gebieden van kleur en tonaliteit in de oorspronkelijke scène, om nauwkeurige kleurweergave te krijgen van de RGB-waarden die uit de RAW-verwerker komen. Het cameraprofiel is nauwkeurig (althans voor kleuren in het oorspronkelijke target) maar rekenkundig niet bijzonder gaaf. Anderzijds, zijn werkruimte-kleurprofielen erg klein (een half kilobyte in plaats van een half megabyte) omdat ze een kleurengamma beschrijven in termen van mooie, ononderbroken, wiskundige functies. Werkruimteprofielen hoeven geen voorzieningen te treffen voor de rommelige werking van sensoren, zodat de wiskundige manipulaties, uitgevoerd tijdens het bewerken van afbeeldingen veel vlotter en nauwkeuriger zullen verlopen dan wanneer u probeert om uw afbeelding te bewerken terwijl die zich nog in de camerakleurruimte bevindt.

Werkruimteprofielen worden gekarakteriseerd door:

  • Gamma overdrachtsfunctie, dat aangeeft hoeveel de oorspronkelijke lineaire intensiteitswaarden, vastgelegd door de camerasensor zijn veranderd om bewerken gemakkelijker en preciezer te maken. Deze waarden uit de camera zijn onderworpen aan de in de camera aanwezige Analoog naar Digitaal conversie, daarna geïnterpoleerd door het RAW-verwerkingsprogramma om het afbeeldingsbestand te produceren.

  • RGB primaire kleuren die het reeks kleuren bepalen dat is het kleuren Gamut, dat gedekt wordt door een gegeven kleurprofiel.

  • Witpunt, gewoonlijk D50 of D65, hoewel andere waarden ook gebruikt kunnen worden, dat de kleurtemperatuur van het witpunt in de werkruimte specificeert.

Verwarrende terminologie

Alvorens over werkruimten te spreken, is het nodig enige verwarring en verwarrende terminologie weg te nemen en op te klaren:

  1. sRGB is zowel een kleurwerkruimte alsook een uitvoerkleurruimte voor beelden bestemd voor het Internet en het beeldscherm. Als u een moderne monitor bezit met een gamut groter dan dat wat door sRGB wordt bestreken dan kunt u overwegen om het uitvoerprofiel te gebruiken waarmee u ten volle gebruik kunt maken van de voordelen van die nieuwe en hopelijk gekalibreerde monitor. Maar zorg er alstublieft voor dat uw beelden naar sRGB worden omgezet voor u ze naar uw vrienden stuurt. sRGB is ook de kleurruimte van beeldbestanden die veel thuisprinters en massa-productie commerciële afdrukcentrales verwachten wanneer u beelden verzendt. Het is ook de kleurruimte die de meeste programma’s verwachten wanneer beelden zonder ingesloten kleurprofiel worden geopend. Dus als je ervoor kiest om kleurbeheer niet gebruiken, dan zijn uw keuzes voor kleurbeheer simpel, stel alles in op sRGB.

  2. Alle JPEG-afbeeldingen vinden hun oorsprong in de camera in de vorm van een RAW-bestand aangemaakt door A(naloog) naar D(igitaal) omzetter. Dat geldt ook voor eenvoudige compactcamera’s die geen RAW-bestanden opslaan. De processor in de camera interpoleert het RAW-bestand wijst een cameraprofiel toe, vertaalt de RGB-waarden naar een werkruimte, (gewoonlijk RGB maar soms kunt u kiezen uit sRGB of Adobe RGB afhankelijk van de camera) voert de JPEG-compressie uit en slaat het bestand op op de geheugenkaart van uw camera. Zodoende hoeft er voor JPEG’s van uw camera nooit een camera- of invoerprofiel, dat dan naar een werkruimte wordt vertaald via een Profile Connection Space, worden toegewezen. Want JPEG’s van een camera zitten al in een werkruimte.

  3. In het geval iemand er op dit moment onzeker over is, merk op dat een geïnterpoleerd RAW-bestand niet langer een RAW-bestand is - het is geïnterpoleerd en daarna is uitgevoerd als een TIFF, waarvan de RGB-waarden vertaald moeten worden naar een werkruimte, met het cameraprofiel, de Profile Connection Space en Lcms.

  4. Om hier een beetje van de algemeen gehoorde terminologie van kleurbeheer te introduceren - het cameraprofiel en het kleurprofiel van uw printer zijn beiden apparaat-afhankelijk, terwijl de werkruimte apparaat-onafhankelijk zal zijn - het kan gebruikt worden met elke afbeelding, met elke juiste kleurbeheersoftware, zonder rekening te houden met waar de afbeelding vandaan kwam.

  5. Hiervoor hebben we de uitdrukkingen: vertalen en vertaling gebruikt als beschrijving van wat Lcms doet wanneer het RGB-waarden, via de Profile Connection Space vertaalt van een kleurruimte naar een andere kleurruimte. De gebruikelijke en juiste termen zijn converteren en conversie. De vier methoden voor conversie van een kleurruimte naar een andere zijn perceptueel, relatief colorometrisch, absoluut colorometrisch en verzadigd. Welke methode u zou moeten hanteren voor een gegeven beeldberwerkingsstap van RAW-bestand tot uiteindelijke uitvoer valt buiten het bereik van deze zelfstudie. De vuistregel is: als je het niet weet, kies dan perceptueel als uitvoer.

  6. Een profiel toewijzen betekent het wijzigen van de RGB waarden van een afbeelding door het inbrengen van een nieuw profiel zonder de eigenlijke RGB-waarden te wijzigen die bij iedere pixel van het beeld horen. Converteren betekent breng een nieuw profiel in, maar wijzig ook de RGB-waarden op hetzelfde moment zodat de betekenis van de RGB-waarden, zeg maar de werkelijke zichtbare kleuren, hetzelfde blijven voor en na de conversie van een ruimte naar een andere ruimte. Met een goed kleurbeeldbewerkingsprogramma moet u meerdere conversies van een afbeelding kunnen uitvoeren bij het converteren van de ene werkruimte naar de andere, hoewel alle de RGB-nummers in de afbeelding veranderen met elke conversie, moet het beeld op het scherm er hetzelfde uitzien (afgezien van de meestal onmerkbaar kleine, maar onvermijdelijke veranderingen van geaccumuleerde gamma mismatches en wiskundige afrondingsfouten). Echter, elke keer dat u een nieuwe werkruimteprofiel toewijst in plaats van te converteren naar een nieuwe werkruimte, zal het uiterlijk van de afbeelding drastisch veranderen (meestal wordt het slechter.

  7. Kleurbeheer is niet alleen relevant wanneer u in RAW schiet. Kleurbeheer beïnvloedt elke fase van het beeldbewerkingsproces. Of u nu begint met een door u gemaakte en geïnterpoleerde RAW-opname die geconverteerd werd naar een TIFF-bestand of wanneer u begint met een JPEG of TIFF aangemaakt door uw camera.

Een werkruimte selecteren

Welke werkruimten zou u in digiKam moeten gebruiken? Werkruimten zoals sRGB of AdobeRGB zijn kleurruimten die goede resultaten mogelijk maken bij het bewerken. Bijvoorbeeld, pixels met gelijke RGB-waarden moeten neutraal lijken. Het gebruik van een werkruimte met brede gamut leidt tot posterkleuren terwijl gebruik van een kleinere werkruimte zal leiden tot afvlakken. De afweging: welke kleurruimte moet de afbeeldingsbewerker zelf maken.

De meeste werkruimteprofielen worden gekarakteriseerd door:

  • De plaats van de gamut in het Diagram (1) van alle kleuren zichtbaar voor het gemiddelde menselijke oog.

  • De Gamut (2) driehoek om de reeks RGB-kleuren van het profiel te definiëren. Het rode punt is op de hoek rechtsonder, groen is bovenaan, blauw is linksonder. Waarden gegeven rond de rand van de gamut gaan van blauw, de groene en de rode punten, zijn de spectrale kleuren in nanometers.

  • Het Witpunt (3) om de totale dynamische reeks van het profiel te definiëren.

  • Het Gamma om de overdrachtsfunctie van het profiel te definiëren (niet getoond in het gamut).

De details van kleurprofiel van CIE Chromaticity Diagram Show in digiKam

De praktische consequenties die resulteren uit het gebruik van verschillende RGB-primairen leiden tot grotere of kleinere werkruimten, worden onderstaand bediscussieerd. De praktische consequenties voor verschillende keuzes voor het witpunt van de werkruimte gaan verder dan de scope van deze handleiding. Hier zullen we een beetje praten over de praktische consequenties van de werkruimte-gamma.

Het gamma van een kleurprofiel dicteert welke krachtconversie nodig is om een juiste conversie te doen van het ingebouwde kleurprofiel van een afbeelding (misschien uw kleurwerkruimte) naar een ander kleurprofiel met een ander gamma, zoals (i) het weergaveprofiel dat gebruikt wordt om het beeld op het beeldscherm te krijgen, of (ii) misschien naar een andere kleurwerkruimte, of (iii) misschien van uw kleurwerkruimte naar de kleurruimte van uw printer.

Tip

Wiskundig gesproken, voor een energietransformatie normaliseert u de RGB-getallen en verheft u de resulterende getallen tot een toepasselijke macht afhankelijk van de respectievelijke gamma’s van het begin en einde van de kleurruimte, daarna normaliseert u opnieuw het resultaat naar een nieuwe set RGB-getallen. Lcms doet dat voor u wanneer het nodig is om van de ene kleurruimte naar een andere te gaan in uw werkmethode.

Een praktische eigenschap van het gamma van een kleurruimte is dat hoe hoger het gamma, hoe meer tonen er beschikbaar zijn in donkere partijen en hoe minder tonen beschikbaar zijn in de lichtere partijen. Dus in theorie als u werkt in een beeld met donkere tonen (zg, low key) zou u een werkruimte met een hoger gamma willen hebben. En als u werkt in een licht beeld(high key) bijvoorbeeld opnamen gemaakt in het volle zonlicht met een witte trouwjurk en sneeuw als achtergrond dan kiest u voor een werkruimte met een lager gamma. Daardoor beschikt u over meer toon gradaties in de hoge lichten. Maar in werkelijkheid kiest bijna iedereen werkruimten met een gamma van 1,8 of 2,2.

Sommige mensen proberen te standaardiseren op gamma 2,0. sRGB en LStar-RGB zijn niet op gamma gebaseerde werkruimten. In plaats daarvan gebruikt sRGB een hybride gamma en LStar-RGB gebruikt een op helderheid gebaseerde tonale responscurve in plaats van een gammawaarde.

Naast het gamma 1,8 en gamma 2,2 is de enige andere gamma voor een werkruimte die veel vermeldt of gebruikt wordt gamma 1,0, ook wel lineair gamma genoemd. Lineair gamma wordt gebruikt in HDR (High Dynamic Range) beelden en als men fouten wil vermijden die door gamma worden veroorzaakt in de gewone low dynamic range bewerkingen. Door gamma veroorzaakte fouten, is een onderwerp dat te ver gaat voor deze handleiding. Maar kijk eens op Gamma errors in picture scaling, voor door gamma veroorzaakte kleurverschuivingen.

Helaas en ondanks de onweerlegbare wiskundige voordelen hebben lineaire gamma werkruimten zo weinig tonen in de donkere partijen dat ze onmogelijk gebruikt kunnen worden voor bewerking in 8-bits bestanden, en zelfs in 6-bits bestanden is het problematisch. Wanneer de dag komt dat we allemaal onze bewerking doen op 32-bits bestanden geproduceerd door onze HDR camera’s op onze persoonlijke supercomputers, voorspellen we dat we allemaal werkruimten zullen gebruiken met gamma 1.

Afhankelijk van de instellingen kan digiKam u vragen om naar de werkruimte te converteren bij laden in de afbeeldingsbewerker

Grote of kleine gamut

Een belangrijke factor bij het kiezen van een werkruimte is dat sommige werkruimten groter dan anderen zijn, waardoor ze meer van het zichtbare spectrum beslaan. (en misschien zelfs ook enkele denkbeeldige kleuren - wiskundige constructies die niet echt bestaan). Deze grotere ruimtes bieden het voordeel van het toestaan ​​van het behouden van alle kleuren die uw camera heeft vastgelegd en bewaard door de Lcms conversie van uw camera-profiel naar de echt grote profiel verbindende kleurruimte.

Van links naar rechts: sRGB, AbodeRGB, WideGammutRGB en ProPhotoRGB Color profiel getoond in digiKam

Maar het behoud van alle mogelijke kleuren is niet zonder consequenties. Het lijkt er op dat elk digitaal beeld een kleine reeks bevat van alle mogelijke zichtbare kleuren die uw camera kan vastleggen. Deze reeks past gemakkelijk in een van de kleinere werkruimten (een uitzondering die een groter kleurengamma vereist zou een opname zijn van een hoog verzadigd onderwerp zoals een gele narcis). Een erg grote werkruimte gebruiken betekent dat uw afbeelding bewerken (curves toepassen, verzadiging, etc.) kan gemakkelijk kleuren produceren die uw eventuele uitvoerapparaat (printer, monitor) eenvoudig niet kan tonen.

Dus de conversie van uw werkruimte naar uitvoerapparatuur, bv. printer, zullen de buiten het gamut vallende kleuren (sommigen misschien wel denkbeeldig), van uw bewerkte afbeelding opnieuw in kaart moeten worden gebracht voor de uitvoerapparatuur met een kleiner kleurengamma. Erger, het kan leiden tot “postervorming”, zeg maar, hiaten in wat een geleidelijke kleurovergang zou moeten zijn (bijvoorbeeld het verloop in een blauwe lucht). Ook kan het gemakkelijk leiden tot onjuiste kleuren of verlies van verzadiging en clipping (aftoppen). Met andere woorden, uw vakkundig gevormde overgangen tussen delicate rode tinten kunnen veranderen in een massief blok saai rood na de conversie voor de kleurruimte van uw printer.

Met andere woorden, wanneer grotere werkruimten met een groter gamut onjuist worden behandeld kan dat leiden tot teloorgaan van informatie bij de uitvoer. Kleine gamut werkruimten kunnen informatie al bij de invoer aftoppen. Hier is een vaak gegeven advies:

  • Voor afbeeldingen bestemd voor het web, gebruik sRGB.

  • Gebruik voor de hoogste nauwkeurigheid bij het bewerken van uw afbeeldingen de kleinste werkruimte die alle kleuren bevat die u vastlegde, plus een beetje extra ruimte voor de kleuren die u bewust produceerde tijdens de bewerkingen. Dit betekent, het meeste uit uw bitjes halen met het laagste risico op banden of afknijpen.

  • Als u werkt in 8-bits i.p.v. 16-bits, kiest u een kleinere ruimte in plaats van een grotere.

  • Converteer, voor archivering van uw RAW-bestanden, deze naar een 16-bits TIFF met een werkruimte met een groot kleurengamma, om verlies van kleurinformatie te voorkomen. Daarna kunt u de gearchiveerde TIFF (natuurlijk met een nieuwe naam) naar de werkruimte van uw keuze converteren. Zie hier voor meer details.

Takenwachtrijbeheerder van digiKam biedt conversie van kleurruimte in bulk

Gamma-eigenschappen

Het gamma van een kleurprofiel bepaalt welke omzetting nodig is voor de conversie van het ingebedde kleurprofiel van een beeld naar een ander kleurprofiel, bv. dat van de door u gekozen werkruimte of het profiel van uw beeldscherm of conversie van de ene werkkleurruimte naar een andere of naar de kleurruimte van uw printer. Libraw levert een 16-bit beeld met een lineair gamma. Dat betekent dat een histogram van het beeldbestand toont hoeveel licht elk pixel van de camera opvangt bij belichting (parafraseer deze pagina). (Daarom vereist het toepassen van een cameraprofiel aan Libraw ook de juiste gammatransformatie om in de gewenste werkruimte te komen, behalve als het cameraprofiel ook gamma=1 gebruikt).

Een praktisch gevolg van het gamma van de werkruimte is, dat hoe hoger het gamma, hoe meer afzonderlijke kleurtonen in de schaduwen beschikbaar zijn om te bewerken en dus hoe minder tonen in de heldere delen. Veranderen van het gamma van een beeld verdeelt opnieuw het aantal tonen beschikbaar in lichte n in de donkerder gebieden van de afbeelding. In theorie, zou u bij het bewerken van een erg donkere opname (low key) een ruimte met een hoger gamma willen hebben. En als u een erg lichte opname bewerkt bijvoorbeeld een opname van een trouwjurk met sneeuw als achtergrond in helder zonlicht zou u een werkruimte willen met een lager gamma zodat u meer toongradaties beschikbaar heeft in de heldere delen.

Theorie daar gelaten, in de wereld van het beeldbewerking gebruikt bijna iedereen werkruimten met een gamma van ofwel 1,8 of 2,2. Twee opvallende uitzonderingen vormen sRGB en L*-RGB.

sRGB gebruikt een overdrachtsfunctie dicht bij die van een CRT (niet relevant voor beeldbewerking op LCD scherm). In tegenstelling tot andere RGB kleurruimten, kan sRGB gamma niet worden uitgedrukt in een enkele numerieke waarde “Het over-all gamma is ongeveer 2,2 en bestaat uit een lineaire (gamma 1,0) sectie bijna zwart en een niet lineaire sectie elders, bevattende een 2,4 exponent en een gamma-helling van log-uitvoer versus log-invoer, veranderend van 1,0 tot ongeveer 2,3, hetgeen zorgt voor enig gecompliceerd rekenwerk gedurende de beeldbewerking.

L*-RGB hanteert als transferfunctie dezelfde perceptueel uniforme overdrachtsfunctie als de CIELab kleurruimte Bij het opslaan van kleuren in waarden met beperkte precisie, het gebruik van een perceptueel uniforme functie de weergave van kleurtonen kan verbeteren.

Als aanvulling op gamma=1,8 en gamma=2,2 is er nog het lineaire gamma=1.0 dat vaak genoemd of gebruikt wordt. Zoals vermeld, levert Libraw lineaire gammabestanden als u om een 16-bits uitkomst vraagt. Lineaire gamma wordt gebruikt in HDR (high dynamic range) beelden en ook wanneer men wil vermijden dat er door gamma veroorzaakte fouten komen in de gewone low dynamic range bewerking.

Gamma-geïntroduceerde fouten is een onderwerp buiten de scope van deze handleiding maar het wordt algemeen gevonden dat gamma geïntroduceerde fout veroorzaakt wordt door onjuist berekende helderheid in een niet-lineaire RGB werkruimte. En op eenzelfde manier, de berekeningen die te maken hebben in het samen mengen van kleuren naar nieuwe kleuren produceren (zoals een digitaal filter gebruiken om warmte aan een afbeelding toevoegen) resulteert in gamma-fouten tenzij de nieuwe kleuren zijn berekend door eerst alle relevante waarden terug te transformeren naar hun lineaire waarden.

Helaas en ondanks de onweerlegbare wiskundige voordelen hebben lineaire gamma werkruimten zo weinig tonen in de donkere partijen dat ze onmogelijk gebruikt kunnen worden voor bewerking in 8-bits bestanden, en zelfs in 6-bits bestanden is het problematisch. Wanneer de dag komt dat we allemaal onze bewerking doen op 32-bits bestanden geproduceerd door onze HDR camera’s op onze persoonlijke supercomputers. We voorspellen dat we allemaal werkruimten zullen gebruiken met gamma=1.

Tonale stappen en grootte van gamut

Hoeveel discrete tonale stappen zijn er in een digitale afbeelding. In een 8-bits beeld zitten 256 tonale stapjes van pikzwart tot helderwit. In een 16-bits beeld, theoretisch, 65536 stapjes. Maar de 16-bits begonnen als: ofwel 10 bits (=1024 stapjes), 12 bits (=4096 stapjes), of 14 bits (=16384 stapjes) zoals geleverd door de A-to-D converter van de camera - de extra bits om 16-bits te bereiken zijn slechts opvulling. De beschikbare kleurtonen zijn niet gelijkmatig verdeeld van licht tot donker. In de modus lineaire gamma (zoals de camerasensor het ziet) zijn heel wat meer tonen in de heldere plekken dan in de schaduwen. Vandaar het advies, als je RAW schiet, om langer te belichten maar niet de heldere plekken op te blazen.

Een belangrijke overweging bij het kiezen van een werkruimte is dat sommige werkruimten groter zijn dan andere. Dat betekent dat ze een groter deel van het waarneembare spectrum bestrijken (en daardoor tevens denkbeeldige kleuren bevatten, rekenkundige constructies die niet werkelijk bestaan). Deze grotere ruimten bieden het voordeel van het behoud van alle kleuren, vastgelegd door uw camera en opgeslagen door de Lcms bij de conversie van uw cameraprofiel naar het super-brede-gamma profiel, aansluitend op de door u gekozen werkruimte.

Maar het behoud van alle mogelijke kleuren is niet zonder consequenties zoals u zult zien. En het lijkt er op dat elk digitaal beeld een kleine reeks bevat van alle mogelijke zichtbare kleuren die uw camera kan vastleggen. Deze reeks past gemakkelijk in een van de kleinere werkruimten (een uitzondering die een groter kleurengamma vereist zou een opname zijn van een hoog verzadigd onderwerp zoals een gele narcis).

Een erg grote werkruimte gebruiken betekent dat u bewerken van uw afbeelding (toepassen van curves, verzadiging vergroten, etc.) gemakkelijk kleuren kan produceren die uw eventuele uitvoerapparaat (printer, monitor) eenvoudig niet kan reproduceren (u kunt deze kleuren ook niet zien terwijl u ze bewerkt). Dus de conversie van uw werkruimte naar uw uitvoerruimte van uw apparaat (zeg uw printer) moet opnieuw de buiten-gamut kleuren in uw bewerkte afbeelding toewijzen, sommigen daarvan kunnen zelfs totaal imaginair zijn, aan de kleurruimte van uw printer met zijn veel kleinere kleur-gamut.

Dit proces van opnieuw toewijzen zal leiden naar niet accurate kleuren en op zijn best verlies van verzadiging. Nog erger kan opnieuw toewijzen gemakkelijk leiden tot bandvorming (poster maken - gaten in wat een gladde kleurtransitie zou moeten zijn, over een uitspansel van blauwe lucht) en afknijpen (bijv. uw zorgvuldig ontworpen gedempte transities over delicate schaduwen rood, kan bijvoorbeeld opnieuw toegewezen worden naar een vast blok saai rood na conversie naar de kleurruimte van uw printer). Ook de experts zeggen dat 8-bits afbeeldingen gewoon niet genoeg tonen bevatten om zich uit te strekken over een werkruimte met brede gamut zonder banden te maken en verlies van verzadiging, zelfs voor conversie naar een uitvoerruimte. Dus als u een werkruimte met grote gamut kiest, ga na dat u begint met een 16-bits afbeelding.

De dialoog kleurprofieleigenschappen van digiKam die beste RGB-informatie toont

Samenvattend, onjuist gebruik van kleurwerkruimten met een breed gamma kan leiden tot verlies van informatie (data) in de uitvoer. Kleine kleurruimten kunnen informatie afknijpen bij het invoeren. Middelgrote kleurruimten trachten de gulden middenweg te vinden.

Hier zijn enkele vaak herhaalde tips bij het kiezen van een werkruimte:

  • Voor beelden bestemd voor het web, gebruik (of transformeer het beeld naar) sRGB.

  • Gebruik, om uw afbeelding zo accuraat mogelijk te bewerken, de kleinst mogelijke werkruimte die alle kleuren bevat van de opname die u heeft gemaakt. Plus nog een beetje extra ruimte voor die kleuren die u gaat maken tijdens het bewerken. Op die manier haalt u zonder vorming van banden of aftoppen het meeste uit de beperkte hoeveelheid bits van uw afbeelding bij de conversie van uw werkruimte naar de uiteindelijke kleurruimte.

  • Als u werkt in 8-bits i.p.v. 16-bits, kiest u een kleinere werkruimte in plaats van een grotere om afkapping en bandvorming te voorkomen.

  • Zet, voor archiveringsdoeleinden, uw RAW-bestand om naar een 16-bits TIFF-bestand met een grote gamut-werkruimte om te vermijden dat gegevens over kleurinformatie verloren raken. Converteer daarna dit TIFF-bestand naar de gewenste middel- of grote gamma-werkruimte. (sla het geconverteerde TIFF-bestand onder een nieuwe naam op)